te Londerzeel

Het is ochtend en kind één weent lang en luid omdat iets niet eerlijk is. Kind 2 probeert gefrustreerd haar huiswerk te maken want dat was je vergeten en ze begrijpt het niet en je legt het niet goed uit. Je bedenkt dat er ongeveer niets van wat je in je schoolcarrière met bloed, zweet en tranen hebt van buiten geblokt, is blijven hangen. “Repeteren” van Samson en Gert kan je nochtans woord voor woord meezingen. En uit de lagere school kan je dat ene gedicht van de Siamese kat reciteren. Soms overloop je het nog eens in je hoofd en dan wou je dat iemand vroeg: “Oh, dat gedicht van de Siamese kat? Ken jij dat?! Oh zeg het alsjeblieft eens op!” en dat je dan iemands dag zou maken daarmee. Maar niemand vraagt dat. Uit het middelbaar herinner je je ‘Egidius waer bestu bleven’ en matrices, of toch het woord matrices, want je hebt geen flauw benul meer wat dat precies waren. Van de universiteit: “gij hebt mijn ogen Georges” en ook dat je in Algemene Taalkunde iets leerde over het feit dat een woord niet lijkt op dat waar het naar verwijst en dat Nikolas, die naast je zat, toen het tegendeel bewees met ‘bed’ en je heel hard moest lachen. En daar zit je nu met een hoofd vol gedachten die zelden nuttig zijn, een Siamese kat (en de wijze levensles: ‘wie in de wol wordt grootgebracht, ontbreekt het vaak aan levenskracht”) en verder bitter weinig kennis.

En je bent zo’n moeder die het huiswerk van haar dochter vergeet. Die altijd weer vergeet welke schoen- en kledingmaat ze hebben. Die hen niet genoeg wast want na bijna acht jaar heb je nog steeds geen vaste badroutine. Die elke ochtend vergeet te zeggen dat ze hun tanden moeten poetsen. Hun nagels pas knipt als ze bijna scheuren. Die niet meer weet hoeveel ze wogen bij hun geboorte, wat hun eerste woordje was of hoe oud ze toen waren. Die geen toffe ideeën heeft voor verjaardagsfeestjes. En een hekel aan shoppen waardoor ze kleren dragen die te klein zijn of met gaten in of met vlekken op want je bent óók nog eens zo’n moeder die geen vlekken uit de kleren krijgt. Die gaat slapen met mascara. Die te lang wacht met verse lakens op de bedden te leggen. De ramen bijna nooit wast. En je weet dat je moeder dat wel deed. En je vriendinnen en buurvrouwen en schoonzussen dat ook doen. En je voelt je soms een beetje een mislukking. En zegt dan in de spiegel: dat ben je niet.

En omdat dansen meestal helpt, negeer je de kinderen en begint te dansen op de vervelende kindermuziek die je man heeft opgezet. En ze staren je een poosje uitdrukkingsloos met open mond aan en je weet dat de bewondering, de adoratie en het levensgeluk (want zó’n moeder) dra op hun gezichten zal verschijnen. En ze beginnen te lachen, te proesten en ze zeggen: je kont! en dan tegen elkaar: haha, haar kont! Ze komen niet meer bij. Gisteren in bed vroeg je dochter weer een T-shirt van jou om mee in slaap te vallen en dat streelt steeds een beetje je ego. Je trok je T-shirt uit en ze snoof eens diep en zei: mmmm, het ruikt naar zee, en je dacht nog, oké, een zilte zeegeur, niet slecht, tot ze er nog genietend aan toegevoegde: en naar dode dieren. En dat was om meerdere redenen verontrustend.

En dus breng je de kinderen nu naar school (het is nog steeds niet eerlijk en het huiswerk is niet af) en zeg je nadien in de spiegel in de gang: geen mislukking, goeie kont, lekkere geur. En kinderen het mooiste geschenk.

4 gedachten over “te Londerzeel

  1. Ge hebt mij doen lachen, thanks. Met mijn verdoofde en pijnlijke mond nu is dat geen evidentie.
    Ik wou trouwens dat ik durfde dansen en wat heeft het eigenlijk met Londerzeel te maken? X

    Like

Plaats een reactie